Holanda: Pootgoedpool Q Potato Spunta maximaal 31 euro

Ook in een seizoen dat er vanwege de late oogst moet worden geschoven, stelt Wouter Mutsaers, in- en verkoper van pootaardappelen.

Poolfacts:

De meeste Q-Potato telers van pootgoed zitten in het Zuidwesten, Noordoostpolder en Groningen. De poters, merendeel verse consumptierassen, worden afgezet in Zuid-Europa, Noord-Afrika en het Midden-Oosten waarbij de focus ligt op vrije rassen. Q-Potato houdt zich niet bezig met eigen kweekwerk. Daar ziet het ook geen toekomst in. De aankomende jaren zal het areaal vrije rassen hard groeien.

Q-Potato Holland BV kwam voort uit een fusie in 2014 van ATF Potato BV in Lemmer en Q-Potato Holland BV in Rutten. Dit is het tweede jaar dat de pool in deze vorm draait.

​De gepresenteerde prijzen betreffen een basisprijs per 100 kg in 25 kg zakken, exclusief BTW.

Dit is het vijfde jaar dat de pool uitkwam (inclusief de jaren voor de fusie). Hoe verhoudt het resultaat zich met voorgaande jaren?

De prijs van Spunta klasse E (maat 28/60) is met 30 euro per 100 kg gelijk aan vorig jaar. De Spunta klasse E (maat28/55) levert 31 euro op, en Spunta klasse A (maat 28/60) ging voor gemiddeld 29 euro weg.  ‘We proberen zoveel mogelijk Spunta tot 60 mm af te leveren, maar dat werd dit jaar wat moeilijker vanwege de maataanpassing door Egypte. Gelukkig hebben we nog veel aan Spanje kunnen leveren dat nog veel pootgoed snijdt. Hiermee is ongeveer de helft van de problemen die door de veranderende Egyptische eisen ontstonden opgeheven. De financiële schade viel mee, maar de meerwaarde die het had moeten opleveren in Egypte is er niet uitgekomen. Over het algemeen zijn wij zeer tevreden over het poolresultaat. We zijn dan ook op zoek naar uitbreiding van ons Spunta-areaal.’

Voordat verkoopseizoen 2015/16 startte waren er pootgoedbedrijven die zich zorgen maakten over het grote Spunta-areaal. Terecht?

‘Begrijpelijk, toch liep het aardig goed weg. Hoewel klasse A dit jaar wat moeilijker verkocht. Deels kwam dit door het grotere aanbod vanwege de vele verlagingen in de nacontrole, maar ook wordt de behoefte aan kwaliteitspootgoed steeds groter. Dat laatste is dan wel weer goed voor de prijsvorming. Een andere factor die impact had is de lage olieprijs die effect heeft op de capaciteit van de import. Ook de lage consumptieaardappelprijzen in 2014 zorgden ervoor dat Egypte en Israel minder pootgoed afnamen. Dat merk je.’

Wat hebben jullie gemerkt van de andere kwesties die in 2015 speelden waaronder het gemorrel met het importquotum in Algerije en de perikelen die ontstonden door de late herfst?

‘Op Algerije doen wij vrij weinig, maximaal 5 procent, dus de impact daarvan is te overzien. Door de late herfst moest er geschoven worden. Het scheelt dat wij veel contact hebben met vrije telers, zeker in de Noordoostpolder waar het pootgoed redelijk vroeg uit de lichtere grond komt. Door te schakelen konden we veel van onze klanten toch bedienen.’

Wat is jullie kracht precies en heeft dat dit jaar een meerwaarde opgeleverd?

‘In de herfst proberen we zoveel mogelijk partijen al te blokkeren voor klanten. Dat doen we door met de klant kort te sluiten wat hij nodig heeft. Daarvoor bekijken we samen partijen in de schuur en nemen we alle informatie en specificaties door. Zo voorkomen we dat we in de drukke sorteer- en transportperiode vervallen in graaien in de bult en de link tussen een goede partij en een specifieke klant in het geding komt. Uiteindelijk gaat de tevredenheid van de klant omhoog en halen we er een financiële plus uit, want de klant is zeker van de kwaliteit die hij wenst.’

Over de kwaliteit gesproken; hoe zag die er afgelopen seizoen uit?

‘Over het algemeen zagen de pootaardappelen in onze pool er prima uit. We kregen dan ook weinig klachten uit het buitenland. Het enige wat tegenviel zijn de forse verlagingen die door de nieuwe opsporingsmethode voor virus van de NAK aan het licht kwamen. Dat vergde de nodige flexibiliteit van ons. Het viel niet altijd mee bij de nacontrole. En ook nu wordt er alweer behoorlijk wat virus gevonden.’

De pootgoedsector is over het algemeen positief over de verwachtingen voor het nieuwe seizoen. Deelt u deze mening?

‘Het areaal is nagenoeg gelijk aan vorig jaar en ook het groeiseizoen is goed. Alhoewel individuele telers natuurlijk wel schade hebben opgelopen, is de waterschade naar mijn idee in de grote pootgoedgebieden te overzien. Tot nu toe staat het pootgoed er prima op. Ook is de consumptiemarkt redelijk tot goed en is er een gezonde vraag naar pootgoed. De Noord-Afrikaanse en Zuid-Europese markt lijken goed. Consumptiemarkten in Israel, Egypte en Zuid-Europa zijn positief dus daar zal een grotere vraag naar pootgoed zijn komend seizoen. Voor Noord-Europa is het nog wat vroeg om te zeggen hoe het een en ander zich gaat ontwikkelen, maar de vroege aardappelmarkt loopt goed door. Daarom denk ik dat de stemming tot augustus wel goed moet kunnen blijven. Verder hangt het af van het groeiseizoen in Nederland. Het pootgoed is wat later geplant dan normaal, maar de groei zit er goed in.’